zondag 15 januari 2012

Sonja Prins: Gedicht Taal en object

Taal en object

             1


tot zulk een intensiteit van groen

zijn wij samengeklonken
de taal aan zijn object

dat geen hobo vermag iets los te wrikken
dat geen hobo deelt in de gulden slag
die de zon ontwapent en het wier
in paarse slierten doet betijen

zo rustig flakkerend aan de rand
brandt zijn atoomkern wezenlijk
over het borduursel van de dood

             

trekt Odusseus trekt de zee
zich terug rimpelig
een glijdend vel over de vlakte
die blijft nabestaan
geluid stroopt af
en laat de delen week
nog niet omhuld
object gescheiden van de taal

in zover als het vocht de poriën draagt
ook na de vlucht
zwelt het object










             











Sonja Prins (1912-2009), uit:
Vrijheid om te zijn ─ Gedichten 1958-1960,
thans opgenomen in 
Verzameld werk 3,
dat als geheel de titel
Weegschaal de aarde draagt. 
Uitgeven door Papieren Tijger. ISBN 978-90-6728-268-0

Meer gedichten van Sonja Prins zijn te vinden op onze zustersites:

op Muziek en mensen, in een bijdrage van zondag 15 januari; op 
de site Tempel der Dichtkunst zijn twee gedichten gepubliceerd, eveneens opgenomen op zondag 15 januari.